blog 3: Helden

Jongens waren we – maar aardige jongens. Solidair aan onze feministische vriendinnen vormden we een mannenpraatgroep, begin jaren ’80 van de vorige eeuw in Nijmegen. Witte boze hoogopgeleide heteromannen waren we, 5 bijna-klaar dokters en 1 bijna-klaar jurist. Natuurlijk moest het maar eens afgelopen zijn met het geweld van mannen tegen vrouwen. En omdat onze praatsessies ons niet verder hielpen vonden we het nodig over te gaan tot actie. Wegens het ontbreken van social media resteerde destijds slechts de spuitbus en zo bekladden we diep in de nacht tientallen muren met ‘Mijn lul geen spierbal’. Deursloten van plaatselijke sexshops werden met lijm dicht gekit, porno toonde immers ongelijkwaardige verhoudingen tussen man en vrouw. De wereld moest maar eens gaan nadenken over mannelijke seksualiteit en macht, over wel man maar geen macho zijn, zo vonden wij. Wat voelden we ons goed, waren we geen helden? Maar omdat de gemeentereiniging haar best deed en onze vriendinnen onze acties eigenlijk niet goed snapten – ‘jullie lul was toch geen spierbal?’ en ‘porno kan toch ook opwindend zijn?’ –, was onze heldenstatus van tijdelijke aard en viel de mannengroep weldra uiteen. We bleken nog te druk met het behagen van onze vriendinnen en begrepen nog niet goed wat we nu als mannen met elkaar moesten.

Jongens waren ze – maar aardige jongens. Ik bedoel de jongens van Jiskefet. Mijn absurdistische helden die niets teveel was om vanzelfsprekende machtsverhoudingen ter discussie te stellen of het menselijk onvermogen uit te vergroten. Met de Lullo’s (, heb je nog geneukt?) toonden ze de mannelijke ploertigheid bij studentenverenigingen dat prototypisch was voor hoe je je niet moest gedragen. Hoe pijnlijk vond ik het om zeer recent in het AD van één van deze helden het volgende te lezen:

‘ ”Alles is meteen een hype. Dat Me too ook. Ie-de-reen duikt er bovenop.” Vier blonde dames komen binnen. ”Kijk, die gaan over misbruik praten.’’ Romeyn zet z’n hand aan z’n mond: “Me too! Me too! Hahaha.”

Hype? Seksueel geweld framen als een hype: iets dat tijdelijk sterk de aandacht trekt maar eigenlijk weinig voorstelt?! Lachen als vrouwen over misbruik gaan praten? Of was dit, in deze context van een interview of je onzeker voelen over het onderwerp, een voorbeeld van doing gender: je vastgrijpen aan een rol die je kent of die je meent te moeten spelen? Hoe dan ook, kennelijk had ik Jiskefet/Romeyn ooit onbewust in een emancipatoir kader geplaatst. Weer een held gesneuveld.

Held zijn, helden hebben. Het zijn wat bespiegelingen over hoe we zelf denken een aardige jongen te zijn en hoe we kijken naar aardige jongens om ons heen. Hoe kunnen we onze goede bedoelingen bundelen, hoe kunnen we verloren illusies reanimeren. Eerst maar eens stoppen om in termen van helden te denken? Misschien komen we vooruit door een stap terug te zetten? Het hoeft immers vandaag niet af, we mogen ook fouten maken en we hoeven het niet alleen te doen.