Sjoerd van Capelleveen: Mannen Meer Mens (deel III en IV)

Vanaf 25 november bloggen we weer in het kader van de White Ribbon Campagne: Wat voor man wil jij zijn om gendergerelateerd geweld te voorkomen? Schrijf mee!

Lees deel I en II hier.

Deel III

Het is inmiddels donker geworden. Het verkeer staat nu al zo’n twintig minuten compleet vast. Ik ben letterlijk geen haar vooruitgekomen. Daarnaast is het ook nog harder gaan sneeuwen. Naast me proberen wat auto’s via de vluchtstrook uit deze bevroren hel te ontsnappen, maar ook daar is nu een file ontstaan. Auto’s beginnen druk naar elkaar te toeteren. Links van me rijdt een blauwe BMW iemands bumper in. Een paar vrachtwagenchauffeurs hebben hun bolide uitgezet en zijn op hun gemak langs de weg gaan plassen.
Opnieuw denk ik aan die pisvlek van vanochtend voor de deur. En dit keer vervolgens niet aan mijn vader, maar aan mijn vriendin. Waarom had ik me vannacht in bed toch eigenlijk zo liggen schamen? Dus ik kreeg hem een keer niet omhoog … Nou en?! Alsof penetratie de heilige graal is. Seks is veel véél meer dan enkel dat. En wie zegt trouwens dat mannen altijd maar zin moeten hebben? Mijn vriendin in elk geval niet. Dus waar schaam ik me dan in Godsnaam voor?! Opeens voel ik daar in die auto dat ik het ook zo ontzettend zat ben. Alle in dit koekblik opgebouwde frustratie van afgelopen uren grijpen me in één keer naar de keel. Flikker op met je mannelijkheid. Flikker op met die klote file en dat stomme interview.
Ik draai m’n raampje open en een ijskoude wind vult direct de auto. En dan schreeuw ik uit volle borst:
“Ik heb een auto met airbags!”
Niemand reageert dus ik blijf schreeuwen.
“Ik heb een auto met airbags en vannacht had ik geen zin in seks”.
Één van de mannen in de auto voor me, die met die bumpersticker, lijkt me te horen en keert zijn hoofd. Maar het kan me niet schelen. Ik heb de smaak nu flink te pakken en stap kordaat uit de auto, klim op het dak en vervolg half bibberend mijn betoog:
“Mijn auto heeft airbags en ik schaam mij niet langer!
Ik hou van airbags! Kom op mannen! Laat je horen! Als ik zeg “air” zeggen jullie “bags”. Air! Air! Air! Air!”
Ik begin het aardig hoog in mijn bol te krijgen want ik ben nu zelfs op het dak van mijn auto op en neer aan het springen, wat geen goed idee is, want binnen te kortste keren glijd ik uit en smak keihard met mijn rug op de radioantenne, rol vervolgens van de auto af en val met een doffe klap op het besneeuwde wegdek.

Van alle kanten komen halve mannenlichamen naar mij toe hinkelen. De éénarmige cyclopen vormen een cirkel rond mijn lichaam. Bezorgd roepen ze me wat toe. Ik versta het niet. Een hoge piep suist in mijn oren. Ik wil met mijn rechterhand naar mijn pijnlijk kloppende hoofd grijpen maar dan blijkt dat ik helemaal geen rechterhand meer heb. Sterker nog, mijn gehele rechterárm is weg. Ik wil naar beneden kijken, naar mijn benen, maar zie dan dat ook van mijn benen er slechts nog één over is. Mijn hele lichaam is exact dwars door midden gesneden. Het begint te duizelen. En dan wordt het zwart voor m’n ogen. En in één klap is het stil.

Deel IV

Na mijn interview met Jens lag ik die avond met een brede glimlach naast mijn vriendin in bed. Ik kon haar met beide armen vastgrijpen, en beide benen in de hare verstrengelen. Nog druk reflecterend op de dag, werd één gedachte glashelder: ik weiger nog langer te leven in een mannenwereld. En ik weiger al helemaal dat vrouwen daar de dupe van zijn. Ik wil deel zijn van de oplossing.

Nu half slapend, liggend in mijn lief haar armen, dwaalden mijn gedachten naar een avond met mijn vriendin in een café in Zutphen, de stad waar wij beiden zijn opgegroeid. Ik kwam een vriend van vroeger tegen, met wie ik in de pauzes van de middelbare school vaak achter de piano was geklommen om heerlijk dromerige liedjes te zingen. We staan aan de bar een biertje te drinken, wanneer mijn vriendin langs loopt. Hij kijkt haar opzichtig na, het hoofd gekanteld voor een goede blik op haar billen, richt zich weer naar mij en zegt dan:
“die ga ik nog een keer neuken”…
Ik wist niet wat me overkwam, maar ik bleef rustig en zei:
“dat is mijn vriendin”…
Waarop hij zich begon te excuseren, door te zeggen dat hij “niet wist dat het mijn ‘vrouwtje’ was”. Ik, een hekel aan het woord ‘vrouwtje’, hebbende, en al helemaal dat ze dan ‘mijn’ ‘vrouwtje’ zou zijn, nam natuurlijk geen genoegen met dit ‘excuus’. Alsof het uitmaakt dat ze toevallig mijn vriendin is, zoiets zeg je natuurlijk over geen enkele vrouw. Maar we waren beide door het bier té aangeschoten. En het gesprek kwam eigenlijk vrij oppervlakkig tot een einde. Ik zocht mijn vriendin op, vertelde haar het voorval, en niet lang daarna vertrokken we.

Maar door de regen naar huis bekroop me het sterke gevoel terug te willen. Ik wilde door de joligheid heen prikken en hem laten voelen hoe totaal klote en praktisch aangerand mijn vriendin zich nu voelde. Ik wilde een écht gesprek aangaan met die jongen die ik niet meer leek te herkennen. Half doorweekt liepen we terug, ik sleurde hem van de dansvloer en zette hem tegenover me aan een bartafeltje. En zo oprecht mogelijk stelde ik de volgende vraag aan hem:
“Waarom?”
Hij keek me twijfelend aan, maar voelde al snel dat ik met mijn vraag geen kwade bedoelingen had. En toen bleek achter die geforceerd mannelijke façade een man te zitten met liefdesverdriet. Een man die het idee had zich daarover niet te mogen uitten tegenover zijn vrienden. Die zaten daar echt niet op te wachten, volgens hem. Een man die bang was een aansteller te zijn. Een mietje. En dus zei en deed hij maar waarvan hij dacht dat het van hem verwacht werd. Met alle gevolgen van dien.

Bovenstaande tekst komt voort uit de podcastreeks Liftmuziek, waarin ik (namens kleinkunstgezelschap Bovenste Knoopje Open) met Jens van Tricht in gesprek ging over zijn boek ‘Waarom Feminisme goed is voor mannen’. Naar aanleiding van dat gesprek schreven wij het lied ‘Mannen Meer Mens’. In de podcast volg je o.a. het maakproces naar dit lied toe. Zowel de podcastaflevering met Jens, als het nummer zijn via de volgende linkjes te beluisteren:

Liftmuziek – Afl. #2 met Jens van Tricht
Het lied ‘Mannen Meer Mens’
Live video van ‘Mannen Meer Mens’